Eind jaren tachtig leeft de depressieve, alleenstaande moeder Adele Wheeler samen met haar dertienjarige zoontje Henry. Tijdens het winkelen worden ze aangesproken door een gewonde, mysterieuze man genaamd Frank. Hij dwingt Adele en Henry om hem mee te nemen naar hun landhuis. Frank blijkt een ontsnapte gevangene te zijn. Wanneer Adele zijn ware verhaal leert kennen, groeien de twee nader tot elkaar. Ondertussen stopt de politie niet met zoeken.